Deze maand stellen we de 5 brandende vragen aan Sanne Strijbos. Sanne (26 jaar) is apothekersassistente en daarnaast zet ze zich in voor haar dorp als vrijwilliger bij Brandweer Meijel. Sanne: “Het mooiste van het vak is dat je mensen en dieren helpt en iets kan betekenen voor de medemens..”
“Ik ben bij Brandweer Meijel terecht gekomen via een oud-collega, die ook vrijwilliger bij de brandweer in Meijel is. Hij gaf aan dat ik eens moest komen kijken op de kazerne dus dat heb ik gedaan, daarna ben ik nooit meer weggegaan. Afgelopen november was ik vier jaar vrijwilliger. De eerste twee jaar heb ik de opleiding gevolgd tot brandweervrouw.”
“Ik werkte destijds als apothekersassistent in de apotheek in het dorp. Om naast deze baan wat meer spanning, uitdaging en adrenaline te krijgen in mijn leven, ben ik begonnen bij de brandweer. Het werken als apothekersassistent en brandweervrijwilliger is voor mij de perfecte combinatie; het mensen helpen en de actie.“
"Toen ik nog in de apotheek stond, ging de pieper soms af wanneer ik klanten aan het helpen was. Klanten hadden er al het begrip voor dat ik dan mijn werk moest laten vallen om naar de brandweer te gaan."
Sanne
“De afgelopen vier jaar was ik tijdens werktijd beschikbaar en kon ik ook overdag uitrukken. Sinds kort heb ik een nieuwe functie als apothekersassistente bij de groothandel. Omdat ik in mijn inwerkperiode zit ben ik overdag niet beschikbaar. Dit is geen probleem bij de brandweer. Na werktijd ben ik meteen weer beschikbaar. Het blijft goed plannen, maar brandweervrijwilliger zijn is zeker te combineren met werk en daarnaast nog een druk privéleven. We hebben als Brandweer Meijel ongeveer 50 à 60 uitrukken per jaar en omdat ik voorheen eigenlijk altijd beschikbaar was, rukte ik ook vaak mee uit. Zo heb ik de afgelopen vier jaar al aardig wat uitrukken gehad. Toen ik nog in de apotheek stond, ging de pieper soms af wanneer ik klanten aan het helpen was. Klanten hadden er al het begrip voor dat ik dan mijn werk moest laten vallen om naar de brandweer te gaan. En gelukkig hielpen collega’s de klanten dan verder.”
“De band onderling is heel hecht. Je maakt samen dingen mee, die je zo in je dagelijks leven niet mee maakt. Je klaart samen de klus, wat het team ook hecht maakt. Daarbij kun je altijd je verhaal kwijt en de collega vrijwilligers zullen je ook sneller snappen. Bij familie kan ik mijn verhaal wel doen, maar echt snappen wat ik meemaak is lastig. Daarbij moet je dan altijd rekening houden met de privacy. Vaak hebben we na een heftige inzet onderling contact en checken we even bij elkaar hoe het gaat. Je kan dan past echt ventileren wat er is gebeurd, omdat mijn collega vrijwilligers zich kunnen inbeelden wat je gezien of gedaan hebt.”
“Vanaf het begin van de opleiding tot aan nu, heb ik een hele leuke tijd gehad. Vooral de opleiding volgen vond ik super leuk en leerzaam. Het is heel raar wanneer je pieper voor het eerst afgaat nadat je geslaagd bent. Je denkt dan echt “wat moet ik nu doen?”. Natuurlijk is het logisch dat je naar de brandweerkazerne moet en dat er iets aan de hand is, maar wat precies je rol gaat zijn, dat was de eerste uitruk wel spannend.
Het mooiste van het vak is dat je mensen en dieren helpt. Het is veel meer dan alleen het blussen van een brand. Van heftige ongelukken tot reanimaties of een paard uit een sloot halen. Al deze uitrukken zijn bijzonder, met de hoop op een goede afloop. Maar ook als het niet goed afloopt, dan heb je er wel alles aan gedaan om te helpen.”