Bouwmaterialen

Brandveiligheid van materialen

Met ingang van 1 maart 2003 geldt voor de gehele Europese Unie een classificatiesysteem voor bouwproducten. Voorheen werd de brandveiligheid van bouwproducten op veel verschillende manieren getest. Door de invoering van de Euro-brandklassen is het nu mogelijk de brandveiligheid van bouwmaterialen objectief te vergelijken.

De zeven Euro-brandklassen

Er zijn zeven Euro-brandklassen: A1, A2, B, C, D, E en F. Waarbij klasse A1 de beste prestaties kent, namelijk onbrandbaar. Het klassensysteem loopt tot E. Waarbij klasse E zeer brandbaar is. Producten die vallen in categorie F zijn niet getest, deze producten zijn uiterst brandbaar.

Meer achtergrondinformatie over de Euro-brandklassen lees je op de website van NEN.

Testmethoden

De Europese classificatie is vastgelegd in EN 13501-1. Het Euro-brandklassensysteem kent vier brandtesten om tot deze classificatie te komen:

  • De kleine vlamtest (EN ISO 11925-2): hiermee wordt het begin van een brand gesimuleerd en wordt bepaald of een product gemakkelijk en snel ontbrandt. Meestal is dit de eerst uitgevoerde test en de reactie is bepalend of verdere proeven worden uitgevoerd;
  • De Single Burning Item test (EN 13823). Deze test bepaalt onder andere de hitteafgifte, de vlamuitbreiding, de afgifte van gevaarlijke stoffen en de rookontwikkeling;
  • De Calorische bom (EN ISO 1716): een proef om de maximale verbrandingswaarde van het product te bepalen;
  • De Onbrandbaarheidsproef EN ISO 1182: een proef voor het vaststellen van de onbrandbaarheid van een product.

Meer info over onder andere brandgedrag

  • Bepaling brandgedrag bouwmaterialen

  • Hoe weet je of een combinatie veilig is?

  • Alternatieve materialen

Was deze informatie nuttig?
Stel een vraag
Sluit stel een vraag box